Week 12

Week 12

 

Beginnende groep week 12, laatste week voor de kerst. Herhaling en als slot veel(ronden) schaatsen.

 

Week 12 Beginnende schaatsers thema: Bocht
Tijd opdracht variatie oefenvorm
1 Ga lekker schaatsen en schaats elke ronde 200 meter echt harder en 200 meter echt langzamer. 
  • Probeer over te stappen in de bocht
3 a 4 ronden.
2 Probeer in de bocht zo veel mogelijk over te stappen
  • Tel hoe vaak je overstapt
  • Doe het in een gelijk ritme; een-twee-een-twee
  • Blijf klein, dan gaat het gemakkelijker
Oefen dit 2 ronden=4 bochten.

Even rusten/ evalueren en nog een keer.

3 Vraag welke opdracht afgelopen weken het beste resultaat heeft opgeleverd.
Kies er twee. 
Beide 2 x 3 a 4 rondes.
4 Schaats steeds 2 rondes en kom recht op en roep me dat je er weer 2 hebt gedaan. Dan weer goed gaan schaatsen voor de volgende 2 rondes
  • Probeer compact te blijven.
  • Probeer op een vaste plek van de baan te blijven.
  • Probeer elke bocht(zeker 1 keer over te stappen, meer mag).
Rijd door tot het einde van de les. Schaats zoveel mogelijk rondes achter elkaar. Elke ronde is 400 meter. Hoeveel km heb je geschaatst.

 

Midden Gevorderden week 12 laatste week voor de kerst. Herhaling en als slot veel(ronden) schaatsen.

 

Week 12 Gevorderden thema: Stabiliteit en Power..
Tijd opdracht variatie oefenvorm
1 Schaats in de bocht een net hogere frequentie dan normaal. Met minder kracht per slag. Houdt je bovenlichaam de bocht in(steeds stabiel links van je schaatsen)
  • Op het rechte eind relaxed doorschaatsen met een beduidend lagere frequentie dan in de bocht.
3 x 4 ronden. Rijd van bocht naar bocht.

Tussendoor 1 rust.

langzaam / rustig / stevig / hard

2 Begin op het rechte eind met 6 slagen weg te sprinten. Houd die snelheid de rest van de 2 ronden vast.
  • Start echt fel weg.
  • Veel vloeiende slagen in de bocht (hoge frequentie).
6 x 2 ronden. 

Tussendoor 1 rust.

langzaam / rustig / stevig / hard

3 Vraag welke opdracht afgelopen weken het beste resultaat heeft opgeleverd.
Kies er twee. 
Beide 2 x 4 rondes.

Rust steeds 1 ronde.

4 Meer conditioneel.

Rijd steeds 4 rondes in kleine groepjes en dan 2 rondes zelfstandig. Zelfstandig betekent minimaal 3 meter achter een ander of inhalen.

  • Zoek elkaar na die 2 zelfstandige rondes weer op en begin dan weer aan die 4 gezamenlijk. 
Eventueel 1 x echt rust ertussen(1 of 2 rondes).

langzaam / rustig / stevig / hard