qua opbouw van een cursus
Thema’s
Een thema is een onderwerp dat gedestilleerd kan worden uit de schaatsbeweging en die hebben we uitgewerkt onder “Een goede schaatsbeweging”.
Oefenstof
De oefenstof moet je altijd kunnen plaatsen binnen de volgende handvatten:
- Oefenstof van globaal naar gedetailleerd.
- Cursisten moet je leren hun eigen beweging te analyseren.
- Oefenstof wordt steeds meer geïntegreerd in de totale schaatsbeweging.
- Om je lessen leuk te houden moet je leren variëren. Je kunt dan denken aan:
- Variëren in aandachtspunten.
- Oefenstof inpakken in een andere les, of een ander (inleidend) verhaal.
- Variëren in opdrachtvormen, bijv. competitie, teamverband, snelheid, etc.
- Variëren door de opdracht iets moeilijker te maken.
Hiernaast zijn er nog een aantal belangrijke criteria die invloed hebben op een seizoensplanning. Er zit in een seizoen een natuurlijke tweedeling, voor en na de kerst: na de kerst herhaal je desgewenst de thema’s maar nu meer in detail.
Aan het eind van elke periode kan, en mag, meer aandacht besteedt worden aan actie-, prestatie- en uithoudings- vragende vormen. Ook het niveau kan van invloed zijn op een seizoensplanning.
Wij hebben de groepen onderverdeeld in beginners, middengroepen en gevorderden. In de bijlage staan voor verschillende niveaus een mogelijke seizoensopbouw.
Evalueren
Evaluatie is het belangrijkste instrument voor een instructeur om te groeien als lesgever. Bij evalueren kijk je terug op de les die je gegeven hebt. Er zijn twee bruikbare manieren van evaluatie: productevaluatie en procesevaluatie. Bij productevaluatie kijk je puur naar de inhoud van de les. Ben je hier tevreden over, had het beter gekund met een andere oefening, etc. Bij de procesevaluatie kijk je naar de manier waarop je tot dit resultaat gekomen bent, de weg die je bewandelt hebt, hoe kan ik de volgende keer sneller voorbereiden, etc.
Deze evaluaties kun je voor jezelf uitvoeren, ook kun je de hulp van iemand anders inroepen, bijvoorbeeld de hoofdinstructeur die jou begeleidt.
Een mogelijke seizoensopbouw, los van het niveau van de groep, voor een seizoen van 17 weken zou kunnen zijn:
- -1- houding – ritme
- -2- ritme – afzet
- -3- afzet – houding
- -4- houding – balans
- -5- balans – ritme
- -6- afzet – balans
- -7- plaatsing – bocht
- -8- bocht – afzet
- -9- groep – activiteit
- KERSTVAKANTIE
- -10- ritme – houding
- -11- glijden – bocht
- -12- bijhaal – bocht
- -13- timing – bocht
- -14- balans – timing
- -15- afzet – timing
- -16- harder – activiteit
- -17- actie – afsluiting